Translate

woensdag 10 oktober 2012

Reizen zonder Mitt

John Steinbeck publiceerde zijn boek 'Reizen met Charley' (Travels with Charley) in 1962, het jaar waarin hij tevens de prestigieuze Nobelprijs voor de Literatuur ontving.
Met zijn poedel reed hij bijna 10.000 mijl, reisde door 33 van de 50 Amerikaanse staten en deed over de hele tocht bijna elf weken. Hij was van plan geweest om rustig langs binnenwegen te rijden, en tegelijk een rijdend huis te hebben: zijn camper Rocinante, vernoemd naar het paard van Don Quichote. 
Ik kan iemand vragen in mijn huis een biertje te komen drinken, en daarmee meteen een uitnodiging van hem uitlokken. Daarom had hij die truck gekocht een respectabel en gerespecteerd werkpaard. Zijn trailer maakte echter zoveel lawaai dat je niet met elkaar kon praten. De geïnteresseerde lezer vindt hier een interactieve kaart waarop een toelichting op de route van Steinbeck is te vinden.

Steinbeck had de tocht door zijn Amerika zó voorgesteld: landelijk, rustig, in (trotse) eenzaamheid. In de praktijk verliep zijn reis alleen in de eerste week volgens dit plan. Het land dat hij aantrof, schreef Steinbeck aan zijn uitgever, bleek een lijk vol gassen. Als dat ontploft, houd ik mijn hart vast voor de gevolgen. De progressieve liberaal Steinbeck werd met het verstrijken van de tijd pessimistischer over het 'Beloofde Land'. Hij was niet alleen een interessante chroniqueur van zijn tijd, hij bleek tevens over een vooruitziende blik te beschikken.

Recent las ik het boek 'Reizen zonder John' van Geert Mak. Historicus en Amerikaliefhebber Mak deed de reis van John Steinbeck 50 jaar later nogmaals. Niet met poedel maar met echtgenote. Hij legde zijn ervaringen, bevindingen en gedachten over zijn 'geheime liefde' in een gedetailleerd boek vol feiten vast dat mij van de eerste tot de laatste bladzijde (534) boeide.
Mak, die vanzelfsprekend vaak aan Steinbeck’s reis refereert, kwam tot verrassende conclusies. De Amerikaan werd gekweld door heimwee en verzon erop los. Vrij snel ging hij jakkerend over de nieuwe Interstate-snelwegen van New York naar Californië zonder al te veel te zien. Hij verbleef bovendien regelmatig in hotels of motels. Met Charley en -op delen van het traject- mèt echtgenote. Een aanzienlijk gedeelte van Steinbeck’s reisverslag bleek dus fictief. Het stelde Mak teleur maar het beperkte zijn reiszin en voorgenomen schrijfproject niet.

Mak onderzocht en overdacht veel, heel veel; teveel om in één blog te vatten. Ik maak dus mijn eigen (beperkte) selectie. Wat mij na lezing allereerst opviel is dat Mak niet of nauwelijks het begrip 'Verenigde Staten' bezigt. Tekenend? 
Op enig moment schrijft hij dat het probleem van veruit de meeste Amerikanen, inclusief Congresleden, is dat ze nauwelijks een idee hebben hoe het in de rest van de wereld toegaat.
Dat is de keerzijde van het exceptionalisme, een diepgeworteld gevoel bij Amerikanen dat zij in het beste land ter wereld wonen (“de door God gezegende natie”). De Amerikanen boeken weliswaar nog steeds spectaculaire successen: Google, Apple, Amazon en Facebook maar Mak meent dat dit licht hen verblindt op vele andere terreinen. Amerika blijft in een aantal vitale sectoren, met name energie, milieu en infrastructuur, in de vorige eeuw(en) hangen, is zijn oordeel. 

Mak’s degelijke en boeiende boek wakkerde mijn reislust aan. Mijn liefje en ik brachten in een ver verleden enkele vakanties in Amerika door. Sinds enkele jaren laten wij het land echter bewust links (of liever gezegd: rechts) liggen. Ten tijde van de meest incompetente president van Amerika, George W. Bush, hadden wij totaal geen zin om door dat 'achterlijke' land te reizen. Hoe konden mensen in vredesnaam op zo’n aartsconservatieve, puriteinse en beperkte man stemmen? Hij HHffffHkfdjksdjfkdfjkdfjhad niet eens een paspoort toen hij aantrad?! Ik hoorde het hem in gedachten al zeggen “your country Europe”... Geen enkel benul van de wereld buiten Amerika. Wat ik nóg onbegrijpelijker en zelfs cynisch vond, was dat hij na vier jaar werd herkozen.

Bush maakte Amerika en de wereld er niet beter op, vind ik. Onder andere door twee oorlogen tegelijkertijd (Irak en Afghanistan), de introductie van een gigantische veiligheidsbureaucratie (Homeland Security), zware en snel toenemende pensioenlasten, miljardenuitgaven om de economische crisis van 2008 te temmen. Amerika produceerde jaar na jaar minder dan het consumeerde. Bush beloofde dat zijn belastingverlaging voor 2001 een opsteker zou zijn voor alle Amerikanen. In werkelijkheid ging 51% van het profijt van deze verlaging naar 1% topinkomens. Bush en zijn companen streefden niet naar een eerlijker belastingstelsel maar naar een inkomensoverdracht van arm naar rijk. Wie nu in het spoor van Steinbeck kriskras door Amerika rijdt, stuit her en der op welvarende eilanden maar daartussen liggen zeeën vol zorgen en armoede. Aldus Mak.

Ik was in 2008 dan ook blij met de verkiezing van de Democraat Obama. In november van dat jaar logeerden Nelly en Diederik bij ons in Spanje. Wij volgden de verkiezingsdebatten en de prognoses op de voet. Diederik dacht niet dat Obama zou gaan winnen, wij, de drie meisjes geloofden heilig in zijn overwinning. Yes, he can!” Onderling sloten wij een weddenschap af: welke kandidaat zou winnen en met welk percentage stemmen? De winnaar zou op een etentje worden getrakteerd, in een restaurant naar keuze. Obama werd verkozen en mijn liefje won de weddenschap. Het was echter Nelly die uiteindelijk de restaurantkeuze bepaalde. Zij kreeg bij ons vaak haar zin. Mijn liefje moest hartelijk lachen om de herinnering.

Obama betrok het Witte Huis maar kon niet direct aan zijn eigen programma beginnen; eerst moest hij puinruimen. De Amerikaanse staatsschuld die in de jaren 60 schommelde rond de 270 miljard dollar, explodeerde in 2011 tot meer dan 16 biljoen. Er ligt een schaduw over het eeuwige optimisme van de Amerikanen. Zij zijn zich ervan bewust dat hun kinderen het vermoedelijk minder goed zullen krijgen dan zijzelf. (Dat bewustzijn delen zij met de meeste Europeanen.) Er lijkt nu enig licht aan het einde van de tunnel te gloren. Sinds Obama’s aantreden, daalde de werkloosheid voor het tot eerst onder 8%.
Iedere Amerikaan met een greintje sociaal gevoel kan toch met goed fatsoen niet op (multimiljonair) Romney en zijn ultra-Republikeinse ideeëngoed stemmen? Het vermogen van de rijkste 400 Amerikanen werd ten tijde van Bush groter dan dat van de armste 150 miljoen Amerikanen gezamenlijk! Dit soort economische en sociale ongelijkheid stuit mij zeer tegen de borst. Ook Steinbeck zou zich in zijn graf omdraaien. We zullen Mak op weg naar de Amerikaanse verkiezingen regelmatig zien optreden als Amerikadeskundige. Terecht, vind ik.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten